Bij spelling zijn er twee onderdelen, namelijk de spelling van de ‘gewone’ woorden en de spelling van de werkwoorden.
Spelling woorden
Bij de spelling van woorden kun je een groot aantal woorden indelen in een spellingscategorie. Hiermee wordt op scholen ook vaak gewerkt. Je kunt dan denken aan de spelling categorieën van José Schraven of van de methode ‘Staal’.
De meeste kinderen kennen echter de categorie en de bijbehorende regel wel uit het hoofd, maar vinden het lastig om te benoemen bij welke categorie een woord hoort. Verder horen de woorden met meerdere lettergrepen bij meerdere categorieën.
Veel oefenen en vaak uitleg krijgen is het beste hulpmiddel om de spelling onder de knie te krijgen. Natuurlijk gebeurt dit op school vaak dagelijks. Meestal staat echter in een bepaalde periode maar een aantal spellingscategorieën centraal. Tijdens de citotoetsen worden echter alle behandelde categorieën getoetst. Een woord uit een spellingscategorie uit een vorige periode (leerjaar) wordt dan nog wel eens fout gespeld doordat de regel onvoldoende is geautomatiseerd.
Werkwoordspelling
Het goed spellen van de werkwoorden is een heel ander onderdeel en komt pas in groep 7 en 8 aan de orde. Veel kinderen (en ook volwassenen) vinden dit lastig. Schrijf je nu een -t, een -d of -dt op het einde van een werkwoord. Hiervoor geld dat, als je de regels goed toepast, je het woord bijna automatisch goed spelt.
Herken je bovenstaande spellingsproblemen bij je zoon/dochter en kun je dit zelf minder goed uitleggen, dan is extra ondersteuning hierbij misschien een oplossing. Neem vrijblijvend contact met mij op om te overleggen wat ik hierin kan betekenen.